Oneindigheid van het bestaan!

Tastend,
stak ik mijn vingertoppen uit…
Vele handen trokken zich terug…
Als schaduwen gingen ze,
aan elkaar voorbij…

Ieder zijn weg,
tasten naar zijn eigen doel…
De handen die mij wel beroerden,
mijn vingers omklemden…

Die handen laat ik nooit meer los…
In de milde morgenzon, van de vroege lente,
zoeken wij naar onze stilte…
Het levensgeheim aanschouwend,
stil wetend waarom…

Minuten, uren, dagen, weken en jaren
glijden weg in de tijdverslindende eeuwigheid
Zo vergaat alles met het geheim…

De broosheid van het bestaan,
die nooit breekt…

Van mijn hand Robert Johannes Taal 21-01-2014