Jij als de winter

Jij als de winter

Nu daar kom jij,
koningin van warmte en kou…
Sterker, vasthoudender en krachtiger,
dan enig ander tevoren…

Verfrissend als de herfstwind,
sneed jij in mijn gezicht…
Jij hebt mij ontwricht,
haalde mij uit mijn evenwicht…

Als een kogel van genot,
schoot jij door mijn hersens,
niemand kon dat voorheen…

Ik stabiel en krachtig,
voor jou slechts een muis,
als een prooi voor de poes…

Strenge geliefde noch winters,
kennen geen dooi…

De blikken in jouw ogen,
mogen nooit doven…
Al zullen ook wij eens vergaan
met een lach en een traan…

Dit gevoel is onsterfelijk.